Het slowlife concept is ook in het reizen steeds meer een bewuste keuze waarbij de waardering voor de plek die je bezoekt hoog in het vaandel staat. Wij zijn afgelopen zomer naar Toscane geweest en hebben daar genoten van het agrotoerisme op een verbouwde olijfhaard.

Het waarderen van een duurzame benadering van je reis is voor ons altijd al een tweede natuur geweest. Maar in het algemeen zie je ook dat het voor veel reizigers steeds belangrijker is om samen met de aanbieders van de accommodatie te werken aan het concept van duurzaam reizen, op deze manier kunnen we elkaar allemaal aanmoedigen om zo verantwoordelijk mogelijk te handelen wanneer en hoe we op reis gaan.

Hierbij wordt er ook gepassioneerd en proactief gewerkt en nauw samen gewerkt met de lokale autoriteiten. En die zijn over het algemeen zeer trots om deze lokale kennis en expertise over te dragen aan de gasten die daardoor nog meer kunnen genieten van de natuurlijke schoonheid en zich ook bewust worden dat het goed mogelijk is om te reizen zonder een grote voetdruk achter te laten.

Het trage leven is het goede leven

Dit hebben wij ook zo beleeft tijdens onze vakantie afgelopen zomer in Toscane waar de inwoners en de dorpen nog authentiek van karakter zijn. De tijd lijkt hier op sommige plekken wel stil te hebben gestaan en de trage manier van leven moedigt je zeker aan de eenvoudige dingen in het leven te waarderen, zoals de warme zon op je huid, langdurig tafelen met vrienden, olijven die rechtstreeks van de boom worden geplukt en lokale wijn die per kruik wordt geschonken. Wij hebben ons laten meeslepen door de plaatselijke bevolking en haar cultuur en hebben genoten van Toscane in al zijn natuurlijke vormen.

Authentieke dorpjes

In Toscane zijn er weinig grote steden, het gebied staat vooral bekend om de verschillende kleine authentieke dorpjes. Schilderachtige gelegen tegen dramatische bergwanden met smalle straatjes, prachtige huisjes en kleine kerkjes. De dorpen die wij bezochten zijn Siena, Lucca en Cortona en deze waren absoluut de moeite waard voor een bezoek. De twee grootste steden Pisa en Florence mogen eigenlijk ook niet worden overgeslagen bij een bezoek aan Toscane “deze steden zijn wel toeristisch” zelfs nu in de coronatijd waren ze afgelopen zomer drukker dan wij hadden verwacht en de traagheid van Toscane was in deze steden dan ook ver te zoeken. Maar beide steden zijn cultureel en historisch absoluut een aanrader.

Lokale keuken

De Italiaanse keuken is ook een goede manier om de streek en de regio beter te leren kennen. Wanneer je de meest authentieke restaurants bezoekt, kan je niet alleen verrukkelijke gerechten proeven maar ook een stukje van de Toscaanse levensstijl meemaken. Het landschap en de keuken zijn in deze onlosmakelijk met elkaar verbonden in smaken en aromatische kruiden. Typische en traditionele gerechten uit Toscane zijn insalata di farro (koude schotel met graan, kaas, tomaten, uien, basilicum, olijven) en pici, een zeer typische pasta soort die je eigenlijk buiten Toscane niet veel kan vinden maar in Toscane, en ook Umbrië, vrijwel overal op de menukaart vind. In Toscane vind je ook een grote selectie aan topwijnen waarbij de Chianti wijn de bekendste is. De streek leent zich daarom ook uitstekend voor een heerlijke wijnproeverij bij de lokale wijnboeren.

Wandelen

Wandelen en het slowlife concept gaan prima samen en in Toscane kun je beide prima. De uitgestrekte en ongerepte natuur met ontelbare tinten goud en groen die je kilometers ver kunt zien maakt deze streek bij uitstek geschikt om er volledig tot rust te komen en de natuur in te trekken. Toscane bestaat voor 65% uit heuvels en bergen. Het hoogste massief zijn de Apennijnen, dit langgerekte gebergte met de spitse toppen vormt een ideaal decor voor uitdagende wandelroutes. Voor het typische licht glooiende Toscaanse heuvellandschap trek je naar het binnenland. Hier liggen tal van wandelroutes over historische witte stenen paden langs wijn- en olijfgaarden, rijen met cipressen en verlaten dorpjes.

Marcel Ruizendaal